maandag 18 juli 2011

Wanneer wordt een dwangsom per tijdseenheid verbeurd?

Hoge Raad, 8 juli 2011. Wanneer verbeurt een dwangsom per maand? Dat is de vraag waarvoor de Hoge Raad zich gesteld zag. Het antwoord op die vraag was relevant om te bepalen met ingang van welke datum de verjaringstermijn van de bevoegdheid tot invordering was gaan lopen.

Er zijn twee mogelijke antwoorden. Het eerste antwoord is dat de dwangsom verbeurd wordt op de eerste dag van de maand. De modaliteit "per maand" betekent dan dat gedurende die maand geen verdere dwangsommen verbeurd kunnen worden. De rechtbank Almelo oordeelde conform deze opvatting in haar vonnis van 8 december 2010 (LJN: BO7195). Het tweede antwoord is dat de dwangsom, als de last niet wordt uitgevoerd, verbeurt nadat, na het verstrijken van de begunstigingstermijn, een maand is verstreken.

De Hoge Raad oordeelt dat uit de tekst van de wet (artikel 5:32b lid 1 Awb: "Het bestuursorgaan stelt de dwangsom vast ... hetzij op een bedrag per tijdseenheid waarin de last niet wordt uitgevoerd ...") en uit de Memorie van Toelichting volgt dat de dwangsom pas verbeurd wordt aan het einde van de maand. Dat betekent ook dat, als de last bijv. op 15 september alsnog wordt uitgevoerd, de overtreder niet de helft van de dwangsom over september heeft verbeurd. Er is dan geen dwangsom verbeurd.

Hoewel dit arrest is gewezen onder het oude recht, zal dit arrest ook van betekenis zijn onder het nieuwe recht. De tekst van de wet is op dit punt immers niet gewijzigd. Onder het nieuwe recht valt de beantwoording van de vraag wanneer een dwangsom verbeurd wordt onder de competentie van de bestuursrechter. Het zal dus interessant zijn om te zien of de Afdeling dezelfde mening is toegedaan als de Hoge Raad.
LJN: BQ5076

Geen opmerkingen:

Een reactie posten